De onbelaste thuiswerkvergoeding bedraagt per 2023 € 2,15. Dat is net iets meer dan het eerder verwachte bedrag van € 2,13. Dat komt door een afrondingskwestie.
De gerichte vrijstelling in de WKR voor de thuiswerkvergoeding is per 1 januari 2022 geïntroduceerd. Bij de introductie is vastgelegd dat dit bedrag jaarlijks wordt geïndexeerd aan de hand van de ‘tabelcorrectiefactor’. Daarmee wordt rekening gehouden met de inflatie. Dat is anders dan bijvoorbeeld met de onbelaste reiskostenvergoeding. Om die te verhogen is een wetswijziging nodig. Met de tabelcorrectiefactor van 1,063, komt het vrijstellingsbedrag voor de thuiswerkvergoeding op € 2,13. In 2022 is het bedrag € 2,00.
Thuiswerkvergoeding wordt afgerond naar boven
Maar in het Belastingplan 2022, waarin de introductie van de thuiswerkvergoeding is geregeld, is opgenomen dat het bedrag na toepassing van de correctiefactor naar boven afgerond wordt op een veelvoud van 5 eurocent. Dit is ten behoeve van de uitvoeringspraktijk. Vandaar dat het bedrag van de gerichte vrijstelling voor de thuiswerkvergoeding (infographic) per 1 januari 2023 uitkomt op € 2,15. Dit bedrag staat ook genoemd in de Nieuwsbrief Loonheffingen 2023, die de Belastingdienst publiceerde.
FNV pleitte voor onbelaste thuiswerkvergoeding van € 6
Vakbond FNV pleitte er eerder nog voor de onbelaste thuiswerkvergoeding uiterlijk per 2023 te verhogen van naar € 6 per dag. Volgens de vakbond is de huidige regeling niet toereikend en zouden werknemers de reëel gemaakte thuiswerkkosten vergoed moeten krijgen. En die kosten liggen momenteel een stuk hoger dan toen het Nibud in augustus 2021 voor het eerst een berekening van de thuiswerkkosten maakte.
[Bron Nextens]